Sector lifetime achievement award voor ICP recording studios

John Hastry is geboren in de Verenigde Staten maar woont al langer dan een halve eeuw op Belgische bodem. Het valt hem in de jaren 70 op dat ons land geen studio heeft waar je deftig pop en rock kunt opnemen. “Het was de tijd nog van muziekuitgevers die uitvoerders zochten om liedjes op te nemen met een vast orkest. Ik kwam uit de Angelsaksische cultuur van bands die in de studio al experimenterend iets tevoorschijn toverden.”

ICP opent de deuren in 1980. Het letterwoord is een afkorting van Inter Chemicals and Plastics, de firma van de vader van Hastry. Ze maakt machines die vinylplaten - en later cd’s - in krimpfolie verpakt. Op de internationale klantenlijst staan grote platenfirma’s als Deutsche Grammophon, EMI en Polygram.

John krijgt een deel van het bedrijfspand, een voormalige industriële bakkerij in de Emile de Becolaan in Elsene. De website van ICP Recording Studios – de volledige naam vandaag - vermeldt ‘In ’t nieuw’ (1980) van Miek & Roel als eerste project. Een jaar later volgen de eerste platen van De Kreuners en T.C. Matic. Plus ‘Je suis venue te dire que je m’en vais’ van Jo Lemaire en ‘There will be no next time’ van The Kids. De Belgische popmuziek ontkiemt en de ICP wordt een belangrijke kraamkliniek.

‘Feline’ (1982) van The Stranglers luidt een - eerste - Britse invasie in. ‘Locomotion’ (1984) van Orchestral Manoeuvres In The Dark en ‘Bring on the dancing horses’ (1985) van Echo & The Bunnymen zijn made in Belgium, The Cure mixt het album ‘Kiss me kiss kiss me’ (1987) af in Brussel.

Het grootste scharnierjaar is 1985. De Franse grootheid Alain Bashung komt zijn album ‘Live tour 85’ afwerken in ICP. Bijna alle belangrijke landgenoten volgen nadien zijn spoor. De lijst is imposant: Benjamin Biolay, Françoise Hardy, Mano Negra, Noir Désir, Vanessa Paradis, Renaud, Indochine… En wat opvalt: ze hebben bijna allemaal een abonnement. Ze blijven terugkeren.

Die trouw is een belangrijke reden waarom de ICP vandaag nog altijd fier rechtopstaat en een internationale referentie is en blijft. Die dankt het deels aan zijn ligging - Brussel is goedkoper dan Londen of Parijs. Deels aan de uitstekende ploeg van technici – zie onder meer Christian Ramon, Michel ‘Shelle’ Dierickx, Erwin Autrique en Phil Delire – die Hastry in huis haalt. Maar bovenal aan het permanente streven naar kwaliteit. “De Abbey Road Studios in Londen zijn de referentie voor mij.”

Recent werkte ICP nog aan de UK #1 albums van Paolo Nutini, Gorillaz, Wolf Alice, and Royal Blood. Ook Coldplay, Lil Nas X, Young Thug, Damso of Angèle knalden er niet lang geleden door de boxen. Een indrukwekkende lijst. Baas John Hastry kan na vier decennia prat gaan op zo’n 300 gouden en platina platen en honderden tevreden klanten. Vanaf nu mag hij ook een Sector lifetime achievement award op de mengtafel zetten in ICP recording studios.

© MIA's
Apple_Music_Badge_RGB_091217